Categorie archieven: Geen categorie

Blowin’ in the wind

Of ik hun 50-jarige trouwdag op beeld wilde vastleggen? Die vraag kwam van een welvarende familie die het net als de locatie goed zou doen in een film. Zo kwam ik aan bij een majesteitelijk huis in het Gooi met een mooi aangelegde tuin, tennisbaan en zwembad. De kleding van de familie was perfect op elkaar afgestemd dankzij de stylingadviezen van de oudste kleindochter die haar beroep daarvan had gemaakt. Mijn camera vulde zich met blije gezichten en een stroom van liefde kleurden de foto’s. Wat een dag!

Het album was nog niet klaar toen ik weer werd gebeld. Alle kleur was uit de stem aan de telefoon verdwenen. Of ik kon komen, nu niet als fotograaf, maar als uitvaartbegeleider. Want, zo bleek, twee dagen na het feest had een hersenbloeding de heer des huizes getroffen. Zomaar, onverwacht. Een week lang had de familie tussen hoop en vrees geleefd, beter wetend maar nog niet aanvaardend. Totdat ze zich overgaven en ze hem konden laten gaan. De kamer waarin hij straks zou worden opgebaard, werd aangekleed met de bloemstukken, die nog over waren van het feest.

Nu niet feestelijk, maar stemmig. Geen I want you van Bob Dylan waar de bruidegom nog op had staan dansen, maar Eurydice van Gluck, muziek die voor de begrafenis werd uitgezocht. Herinneringen werden opgehaald, tranen gelaten. Iedere muzikale herinnering bracht een golf van verdriet mee. Totdat de kleindochter binnenrolde die zoveel kleur en geur aan het feest had gegeven. Gluck bracht haar abrupt tot zwijgen. ‘Ben je mal!’ riep ze vervolgens uit, ‘dit gaan we opa toch niet aandoen?’ Daarop liet ze I want you! krachtig uit de boxen klinken, trok ze oma overeind en knuffelde de statige vrouw. Haar zon verjoeg de wolken, oma rechtte haar rug en toverde een glimlach op haar gezicht.

Bij het afscheid zong Dylan Blowin’ in the wind en maakten we na afloop weer een groepsfoto. Op hetzelfde terras als twee weken daarvoor. En weer werd het een plaatje: nu in eenstemmig zwart, maar met dezelfde stroom van liefde omgeven.

Winst na verlies

Op advies van de huisarts had ze vast contact met mij opgenomen. Haar vader ging nu wel heel hard achteruit. Hij lag thuis, een luxe die hij had te danken aan haar trouwe zorg. Ik ontmoette een sterke vrouw die evenwel een wat verlaten indruk maakte. Of er nog meer broers en zussen waren, vroeg ik voorzichtig. Het antwoord kwam aarzelend: jawel, ze had nog twee broers. Mondjesmaat vertelde ze over het conflict rond de begrafenis van haar moeder die drie jaar eerder onverwacht was overleden. Haar vader wilde haar vanuit de kerk laten begraven. Dat kon ze wel begrijpen. Ooit waren haar ouders in die kerk getrouwd en hoewel ze al jaren niet praktiserend meer waren, hoorde die plechtigheid er voor hem bij.

‘Mijn broers vonden dat hypocriet, zij wisten zeker dat mijn moeder gecremeerd wilde worden. En ik dacht: wat maakt het nou uit? Gun pa een afscheid waar hij zich thuis bij voelt. Dan is het toch goed?’ Maar dat kreeg ze niet uitgelegd en na de begrafenis waren de broers boos vertrokken. De jongste kwam nooit meer, de oudste hield nog sporadisch contact. Dus toen haar vader kort daarop ziek werd, kwam de zorg volledig op haar neer. Na ons gesprek raapte ze de moed bij elkaar en belde haar broers om hen bij de voorbereidingen te betrekken. Cremeren of begraven was geen vraag meer, wel of de jongste nog afscheid zou willen nemen. Gelukkig was zijn antwoord ja.

Voor een eerste ontmoeting spraken we af op neutraal terrein. ‘Fijn dat jullie zijn gekomen,’ doorbrak ik de aanvankelijke stilte. Een paar simpele woorden die de deur meteen openden. De oudste broer knikte even bedachtzaam en keek toen zijn zus recht aan. ‘Ik realiseer me dat ik je heb laten zitten,’ bekende hij. ‘Ik wist tenslotte dat pa ziek was. Het spijt me, dat had ik anders moeten doen.’

Zijn zus bedacht zich geen moment. ‘Het is goed,’ zei ze, zonder wrok of verwijt, en sloeg haar arm om hem heen. Ontroerd keek ik toe hoe de jongste daarop zijn hand op haar rug legde. Daarop keerde ze zich naar hem toe en nam hem op in de omhelzing.

Dit is zo jammer!

Natasja schrijft in elke uitgave van Maggs Magazine een column over haar werkzaamheden als uitvaartbegeleider. Lees hier haar column uit Maggs Magazine Zomer 2021.

In het gezinshuis voor verstandelijk gehandicapten maakte het overlijden van Bram (61) veel indruk. Want dood is niet niks. Wat gebeurt er dan allemaal? Samen met de bewoners doken de begeleiders daar helemaal in. Er werden tekeningen gemaakt, rouwadvertenties uitgeknipt, plaatjes van uitvaartkisten opgeplakt, uitvaartbegeleiders gezocht, een bloemstuk gemaakt met linten eraan… Alles in het teken van het afscheid van Bram.

Op de dag van de begrafenis stonden de bewoners, de begeleiders en de familie om de kist heen. In de kamer van Bram. Van een afstandje keek ik mee. Een laatste blik, een laatste groet en toen was het tijd om de kist te sluiten.

“Dit is zo jammer!” klonk hartstochtelijk de stem van een medebewoonster. Nu was hij weg, nu kon ze hem niet meer zien. Zijn vrienden – of broers en zussen in het tehuis, wat benadert het ’t meest als je als een gezin samenwoont – mochten de schroeven aandraaien. Daarna vormden ze met elkaar een mooie haag op de gang. Zo hadden ze het afgesproken. De knuffels die her en der verspreid lagen, gaven ze mee. En niet te vergeten: het Mariabeeldje dat sinds jaar en dag naast zijn bed stond, zijn houvast. Helemaal versleten: kroontje kapot, kleur bijna weg, de hand die het zo vaak had vastgehouden nog bijna zichtbaar aanwezig. Dat moest ook op de kist, samen met de knuffels en het bloemstuk. Het muziekboxje werd aangezet toen de kist de kamer uit werd gereden. I did it my way”, zong Herman Brood. Buiten was er weer een haag, maar nu van zeepbellen. Tot aan de auto liepen de bewoners en verzorgers mee. En toen was het voor hen voorbij.

Onder de indruk van wat ik net had gezien – zoveel liefde! – zat ik in de auto en echoden de woorden “dit is zo jammer!” nog na. Treffender kon het verdriet om het verlies van hem niet worden verwoord.

Een laatste sigaret

Natasja schrijft elk kwartaal een column over haar werkzaamheden als uitvaartbegeleider in Maggs Magazine. Lees hier haar column uit Maggs Magazine Winter 2020/2021.

Een laatste sigaret…
Het was dat het niet kon, maar wat hem betrof mochten ze hem na zijn dood in de kliko aan de kant van de weg zetten. Voor een man die voor volk en vaderland had gestreden, was dat wel heel erg bescheiden. Hij had zijn strepen dik verdiend, een indrukwekkende lijst aan titels achter zijn naam staan. Maar dat leven had hem wel getekend en van hem niet altijd het gemakkelijkste mens gemaakt, vertelde zijn zoon. Toch was hij op zijn manier een zorgzame vader geweest, had hij er snel aan toegevoegd. Een man die wist wat hij wilde.
Op weg naar de kleine huiskamer, waar het ondanks de sobere, praktische inrichting en het hoog-laag ziekenhuisbed toch aangenaam knus en warm toeven was, hoorde ik hem hoesten. Het verklaarde de volle asbak op het tafeltje naast het houten bistrostoeltje bij de voordeur.
Zijn gezin zat aan tafel, klaar om het afscheid door te nemen. Net als de vader een kordate, hardwerkende familie van weinig woorden. Zo zou ook het afscheid worden: eenvoudig maar liefdevol, precies volgens zijn richtlijnen. Zoals hij ook zijn dood had geregeld. Want het roken had na al die jaren zijn tol geëist. Om de heftige pijn die hij leed enigszins draaglijk te maken, zouden ingrijpende chirurgische ingrepen nodig zijn. Daar voelde hij niets voor; met zijn 80 jaren vond hij het zo wel mooi geweest. Dankbaar dat in Nederland euthanasie tot de mogelijkheden behoort, maakte hij daar graag gebruik van. De vraag was nu alleen nog: wanneer?
Alle ogen waren op de vader gericht. Zijn vrouw pakte zijn hand vast. Hij drukte zijn lippen even op haar vingers, zijn blik werd zacht toen hij zei dat hij een goed leven had gehad waarvoor hij haar heel dankbaar was. Een intiem moment dat maar even duurde, maar een eeuwigheid leek. Misschien wel omdat die breekbaarheid altijd ongemakkelijk had gevoeld. Daarna kwam hij kort en krachtig met het antwoord: ‘Nog één sigaret en dan ben ik eraan toe. Maar voor deze keer wil ik hem wel binnen roken.’

Een bijzonder begin van de kerst!

Dit jaar had ik twee gesprekken met hen omdat zijn gezondheid achteruit ging. Hij wilde zijn laatste wensen vastleggen en had mij daarvoor uitgekozen.
Woensdag belde zij dat zijn gezondheid achteruit holde. Binnen 24 uur wilden ze hun hartstochtelijke wens in vervulling laten gaan en zo geschiedde: ze gingen meer dan volmondig ja tegen elkaar zeggen. De trouwambtenaar zorgde voor de benodigde paperassen, haalde zijn toga van het gemeentehuis, sprak legendarische woorden uit, de getuigen werden gemobiliseerd, in 3 uur tijd zorgde Bakkerij Beerse voor de taart en ik? Ik mocht dit prachtige, liefdevolle, onvergetelijke moment fotograferen.

Helga Barbara Margriet

In mei werd ik door Helga gebeld. Haar man was overleden door corona na weken tussen hoop en vrees te hebben geleefd, na weken hem niet bezocht te kunnen hebben in het ziekenhuis. Er brak een week aan waarin ik samen met Helga en haar gezin aan een prachtig afscheid werkte. Eindelijk konden ze iets doen maar uiteraard niet datgene wat zij wilden.
Gegrepen door hun verhaal nam ik contact op met Barbara van Beukering, o.a. schrijfster van “Je kunt het maar één keer doen” en met Theater de Vest in Alkmaar. Ons plan was om samen een bijeenkomst te verzorgen voor nabestaanden, die iemand zijn verloren door corona om hen handvaten te geven voor een goede rouwverwerking.
Die bijeenkomst is nog niet geweest maar wel hebben Barbara en Helga met elkaar gesproken en heeft Barbara het verhaal van Helga opgetekend in de Margriet.
Aangrijpend en enorme bewondering voor Helga, die haar verhaal heeft gedeeld en respect hoe Barbara dit verwoord heeft.
Je kunt dit verhaal lezen in Margriet nummer 52, 3 t/m 9 december.

In het paradijs

Natasja schrijft elk kwartaal een column over haar werkzaamheden als uitvaartbegeleider in Maggs Magazine. Lees hier haar column uit Maggs Magazine Najaar 2020.

Toen ik de typisch jaren 70 eengezinswoning binnenstapte was ik verbaasd: waarbij alle huizen de inrichting nagenoeg hetzelfde is, daar had Hester er een totaal andere draai aan gegeven. Origineel, ruimtelijk, sfeervol. Gretig om me heen kijkend volgde ik haar dochter naar de tuin. Opnieuw wachtte me een verrassing: omarmd door een enorme bloemenpracht lag Hester daar paradijselijk onder de appelboom. De rijke oogst hoefde alleen maar te wachten om straks geplukt te kunnen worden. Zelf zou ze dat niet meer meemaken, dat was ook de reden van mijn komst. We gingen haar uitvaart bespreken.Sinds twee jaar geplaagd door ALS had ze besloten op tijd uit dit leven te stappen. Niet te wachten tot haar lichaam het zover zou hebben opgegeven dat ze bij wijze van spreken alleen nog maar met haar ogen kon knipperen. Negenveertig was ze nu: lopen ging niet meer, een hand geven nauwelijks, maar praten gelukkig nog redelijk goed. Voor haar gevoel had ze de grens bereikt. Ik vond het dapper zoals ze haar einde besprak. In de schaduw van de boom, door de takken heen blikkend naar de blauwe hemel had ze in alle rust afscheid genomen van alles waar ze zo van hield. Vrede gesloten met het einde. Genoten van elke dag, van ieder uur, en nu van de laatste momenten. Het was goed zo. Maar terwijl haar dochter koffie haalde, wilde ze toch nog iets met me bespreken. Iets waar ze niet goed uitkwam.Waar ze haar dochter liever niet bij had. Want hoe werkte het nou precies? Als donderdag aan het einde van de dag de arts zou komen, moest ze dan op bed gaan liggen om daar de injectie toegediend te krijgen? Binnen, terwijl het donderdag weer zo’n mooie dag beloofde te worden? Dit plekje op de ligstoel was haar zo lief geworden. Hier zou ze willen weg vliegen, zei ze gekscherend, tussen de appels door zo naar het andere paradijs. Maar kon dat? Want wat als haar lichaam verstijfde in deze houding: half overeind, de knieën iets gebogen? Paste ze dan nog wel in de kist? Ik kon haar geruststellen: natuurlijk ging dat lukken. De stijfheid kon worden weggemasseerd en ze zou erbij liggen als een Doornroosje. Haar dochter kwam met de koffie. Hester glimlachte. Nu kon ze gaan.

0% alcohol, 100% liefde

Natasja schrijft elk kwartaal een column over haar werkzaamheden als uitvaartbegeleider in Maggs Magazine. Lees hier haar column uit Maggs Magazine Zomer 2020.

0% alcohol, 100% liefde

In een notendop beschreef een van de zoons de treurige geschiedenis van de overledene. Een man die in lang vervlogen tijden er zo gelukkig en vitaal had uitgezien. Een vader om van te houden, om trots op te zijn, om op te willen lijken. Maar het tij keerde: hij raakte zijn baan kwijt, verloor de moed en was hij thuis niet te harden. En helemaal niet meer toen hij zich moed begon in te drinken. Een paar borrels werden al gauw een fles en de gelegenheidsdrinker voor wie hij zich graag uitgaf, veranderde in een alcoholist. Zelfmedelijden nam het roer over: het lag niet aan hem, het lag aan iedereen en dus maakte hij ook met iedereen ruzie. Degene die hij het meest lief had, stootte hij af en niemand mocht hem helpen. Een scheiding kon niet uitblijven. Ook zijn zoons verbraken het contact maar bleven hem alle vijftien jaren die hij tot zijn dood in het zorgcentrum sleet, financieel ondersteunen.

En nu was hij overleden. Of ik voor hem een liefdevol afscheid wilde verzorgen. Want dat ze met hun vader hadden gebroken, betekende niet dat ze niet van hem hielden.

Een handjevol vrienden en familie kreeg een kaart met de mooie foto van weleer en een toepasselijk gedicht, alleen de zoons met hun partners namen afscheid van hem in de opbaarkamer van het verzorgingshuis. Ze trokken de meegebrachte fles champagne open en klonken op het leven dat ze mede aan hem te danken hadden. Ruim een uur zaten ze bij zijn kartonnen kist – vaders nadrukkelijke wens -, fluisterden ze, lachten ze, zwegen ze.

Ik stond buiten te wachten. De zon scheen, een vogel vloog met takjes af en aan naar zijn nest, druk in touw om het nieuwe leven voor te bereiden. Ik schraapte met mijn schoen over de grond. Mijn oog viel op een blikje bier dat omgeven werd door confettihartjes. Ik raapte het op, wilde het al in de prullenbak gooien toen ik 0% zag staan. Ik legde het terug, tussen de hartjes en nam er een foto van. De zoons waren er bij mee; ze hadden de boodschap begrepen…

Bloemencondoléance – niet aanwezig maar wel erbij

Maximaal 30 personen bij het afscheid, geen condoléanceboek waar persoonlijke boodschappen in worden genoteerd. We hebben nog met deze beperkende maatregelen te maken, tot in ieder geval 1 juli…

Voor het afscheid van afgelopen donderdag was het kiezen voor de 30 personen, die bij het afscheid aanwezig mochten zijn, ingewikkeld. De weduwe kreeg een flashback naar haar huwelijk waarbij slechts een select gezelschap bij het diner aanwezig kon zijn. Die wel, die niet of die toch wel maar dan… Ga er maar aan staan. We bedachten dus een actie waarbij de mensen die niet aanwezig konden zijn, er wel bij waren. Zij konden bij ons een bloem bestellen en daarbij een persoonlijke boodschap doorgeven, die wij op een kaart schreven en aan de bloem bevestigden. Deze bloemen legden wij op de lege stoelen in de aula als een warme gekleurde krans om de familie en overledene heen.
Na de dienst verzamelden wij de bloemen en maakte de bloemist er prachtige boeketten van, die met de familie mee gingen naar huis. Een kleurrijk geheel met goed doordachte en dus persoonlijke boodschappen. Hartverwarmend!

Uitgevoerd in samenwerking met Wim van Assem Bloembinderij Alkmaar en gebaseerd op een idee van Memorosa.